Bij de forten van de waterlinie is een contrescarp een vele meters hoge en dikke aarden wal die in de jaren '60 en '70 van de 19e eeuw ter bescherming vóór ronde geschutstorens werd aangelegd. De extra bescherming was nodig tegen het zwaardere geschut dat in die jaren werd ontwikkeld. Soms was de contrescarp dicht tegen de geschutstoren gelegen (Asperen). Gewoonlijk was hij hiervan gescheiden door een (ten dele) rond lopende gang en een met aarde gedekt galerijgebouw, de contrescarpgalerij. Een contrescarpgalerij is dus aan de buitenzijde aangeaard en aan de kant van het torenfort voorzien van een (bakstenen) gevel. In de contrescarpgalerij konden verschillende militaire functies worden gehuisvest.