Dit eenvoudige fort, met een centraal gelegen, bomvrije kazerne en stallingen voor geschut (remises) ineen, moest vanuit zijn vooruitgeschoven positie voorkomen dat achtergelegen, oudere vestingen Loevestein en Woudrichem onder vuur kwamen te liggen. In de verdwenen frontwal bevonden zich opstelplaatsen voor geschut (batterijen). Het fort verdedigde ook de Waal, de zuidelijke Waaldijk en de uiterwaarden aan deze kant van de rivier.
Het forteiland (5 hectare) is ovaalvormig, met een vlakke zijde aan de veilige westkant. Samen met het zuidelijk gelegen tweelingfort Batterij onder Poederoijen was het ook verantwoordelijk voor de verdediging van de inundatievelden in de Bommelerwaard. Dit waren de polders tussen Maas en Waal die bij oorlogsdreiging onder water kwamen te staan.
In 2008 kwam de Stichting Behoud Waterlinie Bommelerwaard met plannen voor restauratie en herbestemming van de batterijen. Een aantal herstelwerkzaamheden is in 2012 uitgevoerd. Het idee is dat de batterij er straks uitziet als in oorlogstijd, inclusief vrij schootsveld. De Batterij onder Poederoijen krijgt een ‘vredige’ uitstraling.
Intussen laat eigenaar Staatsbosbeheer schapen grazen op het fortterrein, waar in elk geval ook ruimte moet zijn voor natuur.
De batterij ligt aan de zuidelijke Waaldijk tussen Slot Loevestein en het gelijknamige dorp Brakel, in de Bommelerwaard. Ten zuiden ervan bevinden zich diverse militaire sluizen. Bij oorlogsdreiging maakten deze waterwerken snelle onderwaterzetting (inundatie) van de polders in de Bommelerwaard mogelijk.
De Wilhelminasluis in de – sinds 1904 Afgedamde – Maas stamt, net als de overige sluizen, uit de negentiende eeuw, maar had geen militaire betekenis.
In de nabije omgeving van het fort liggen twee betonnen groepsschuilplaatsen uit 1916 en twee exemplaren van zwaar gewapend beton uit 1939-40. Die maakten deel uit van de Tussenstelling Nieuwendijk. Tijdens de mobilisatie van 1914-18 verrezen zulke infanteriestellingen overal tussen de forten, toen deze voor de verdediging achterhaald bleken. Het strijdtoneel bevond zich nu in het open veld. De groepsschuilplaatsen boden dekking aan de voetsoldaten.
Samen met de Batterij onder Poederoijen, de tussenstelling en het sluizencomplex ondersteunde de Batterij onder Brakel de achtergelegen hoofdverdedigingslijn met de oudere vestingen Loevestein en Woudrichem. De beruchte Frans-Duitse oorlog (1870-71) had de vrees gewekt dat de vestingdriehoek niet langer volstond als verdediging van het strategische punt waar Maas en Waal samenkwamen.
Het fort is gebouwd tussen 1879-1884. De aanleg duurde zo lang vanwege de drassige bodem. Het fort verzakte keer op keer. Hetzelfde gold voor de Batterij onder Poederoijen. Daarom zijn deze verdedigingswerken kleiner uitgevallen dan gepland, en staat er maar één bomvrij gebouw op. De bijna identieke batterijen vormen elkaars spiegelbeeld.
De centraal gelegen bomvrije kazerne uit 1880 is vrijwel symmetrisch van opzet. Vanwege ruimtegebrek werd er ook in de kelders geslapen. Daar was het nog vochtiger dan elders in het gebouw, want in aangrenzende vertrekken werd regenwater opgevangen.
Ook op de begane grond waren logies. Verder een keuken en twee projectielenmagazijnen, met elk een ‘hijschlift’ om de munitie naar de bovengelegen remises te brengen. De privaten of ‘poepdozen’ bevonden zich buiten in een van de dwars op het gebouw staande muren, die een klein voorplein omvatten.
Een tussenverdieping bevatte twee remises, logies en eigen ruimtes voor de commandant en telegrafist. Afgezien van de gevel is het geheel, ter bescherming en camouflage, weggewerkt onder een dikke laag aarde. De kazerne op de Batterij onder Poederoijen is gelijk van opzet. Buiten de mobilisatieperiodes dienden beide bouwwerken vooral als opslag voor munitie. In 1956 zijn de forten in militaire zin opgeheven.
- Bouwjaar
- 1879
- Bouwperiode
- Fase 4 (1871-1886)
- Bouwmateriaal
- baksteen